§5.5 Integratierapport CBS

Paragraaf 5.5 nog eens herhalen? Bekijk hieronder het instructiefilmpje bij deze paragraaf.

In het Jaarrapport Integratie beschrijft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) voor het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de mate van integratie op verschillende terreinen van de samenleving. In het lesboek worden sommige gegevens uit 2015 genoemd, die beschreven staan in het Jaarrapport Integratie 2016. In de nieuwere versie van het rapport uit 2022, is de mate van integratie opnieuw bekeken. Op deze pagina beschrijven we sommige bevindingen van het rapport uit 2022.

Wat betreft onderwijs, is het percentage leerlingen met een niet Nederlandse herkomst dat in de derde klas van het voortgezet onderwijs havo of vwo doet, verder gestegen. Leerlingen met een westerse migratieachtergrond zitten vaak op havo of vwo. In het leerjaar 2019/2020 zat 51,6% van hen op havo of vwo. Er is een algemene trend van meer leerlingen met een migratieachtergrond die hoger onderwijsniveaus volgen, wat kan wijzen op een toename van hun participatie in het havo/vwo-onderwijs. In het rapport van het CBS kun je deze ontwikkelingen zien.

Als we kijken naar criminaliteit, zien we dat sinds 2005 het percentage geregistreerde verdachten van misdrijven in alle herkomstgroepen is gedaald. In 2005 was 1,9 procent van de bevolking verdacht van een misdrijf, in 2021 was dat 0,8 procent. Mannen zijn nog steeds vaker verdacht van een misdrijf dan vrouwen. 1,3 procent van de mannen wordt verdacht van een misdrijf, bij vrouwen is dat 0,3 procent. Als we dan naar leeftijd kijken zien we 18 tot 25-jarigen in Nederland het vaakst verdacht worden van een misdrijf. Over het algemeen zijn tweede generatie niet-westerse jongeren vaker verdacht van een misdrijf dan de eerste generatie. Het verschil tussen de eerste en de tweede generatie wordt hier uitgelegd. Naast daders van criminaliteit zijn er natuurlijk ook slachtoffers. In het rapport van het CBS lees je over het aandeel slachtoffers van criminaliteit per achtergrond.

Over het algemeen kun je zien dat het aantal slachtoffers van criminaliteit daalt, voor alle achtergronden. Hierbij wordt internetcriminaliteit nog buiten beschouwing gelaten. Onder mensen met een niet-westerse achtergrond is het aandeel slachtoffers telkens hoger dan onder mensen met een Nederlandse en westerse achtergrond.

Naast integratie op de terreinen onderwijs, arbeid, criminaliteit en social participatie, bekijkt het CBS in het ‘jaarrapport Integratie’ de terreinen bevolking, inkomen en uitkeringen, en gezondheid. We gaan hier in op het thema gezondheid.

Wanneer gevraagd wordt hoe mensen hun gezondheid ervaren, valt op dat mensen met een niet-westerse achtergrond hun gezondheid over het algemeen als minder goed ervaren dan mensen met een Nederlandse achtergrond. Mensen van Marokkaanse herkomst ervaren hun gezondheid met 76 procent het minst vaak als (zeer) goed. Toch is de ervaren gezondheid tussen 2012 en 2020 voor bijna alle herkomstgroepen verbeterd. Jonge mensen zijn over het algemeen positiever over hun gezondheid. Wanneer gekeken wordt naar het aandeel mensen dat rookt, zijn er verschillen te zien binnen de groep mensen met een niet-westerse migratieachtergrond. Mensen met een Marokkaanse achtergrond roken een stuk minder dan mensen met een Nederlandse achtergrond (13% vs. 20,7%) Mensen met een Turkse achtergrond roken juist meer dan Nederlands, namelijk 31% van deze bevolkingsgroep.

Naast de thema’s waarop integratie in ieder jaarrapport wordt bekeken, zijn er ook altijd een aantal specifieke thema’s. In 2022 waren dit sociale en maatschappelijk participatie, verschillen tussen bevolkingsgroepen in COVID-19‑ziekenhuis­opnamen in 2020, schoolloopbanen van de tweede generatie en inkomensmobiliteit tussen familiegeneraties naar herkomst.

terug naar hoofdstuk 5naar §5.5 het rapport van de WRR